Cudell en zijn manschappen spannen een valstrik voor Zita om haar als lokaas te gebruiken voor Bakelandt en zijn bende. Zita wordt overgebracht naar het kasteel van Beersel. Daar ontmoet zij de enige andere gevangene, Jean Lale, een ervaren en uitstekend graveur. Hij is door de Crèvecœur ontvoerd en moet voor hem drukplaten graveren om valse assignaten te drukken. Vermomd als Franse soldaten trekken Pé en Bakelandt naar Brugge om te weten te komen waar Zita zich bevindt. Malfait, de sadistische directeur van de gevangenis foltert Zita. Jean Lale die sympathie opgevat heeft voor Zita eist haar vrijlating. De Crèvecœur die Jean Lale belangrijker vindt dan Zita laat haar vrij. Zita loopt recht in de handen van Bakelandt en zijn vrienden. Zita wil echter niet terugkeren naar het Vrijbos zonder Lale te bevrijden.